Ajuma over vinyl en het gesprek met het publiek
Interview: Michael Oudman | Beeld: Eva Maasen
Op ons vorig jaar geïntroduceerde podium De Kuil spelen veelbelovende, veelal Nederlandse artiesten. Maar ook op de andere podia vind je aanstromend talent, dat soms op Into The Great Wide Open hun eerste festivalshow speelt. Hoog tijd om ze te introduceren aan het grote publiek. We spreken Eva Maasen, beter bekend als Ajuma.
Haar vriend leest in de platenzaak een boek terwijl zij rondneust, Ajuma zelf neemt alleen een tandenborstel mee op reis. Het leven van een vinyl-dj is niet alleen maar Hosanna. Zaterdagavond sluit de Utrechtse Ajuma De Kuil af. Met een mix van Afrikaanse platen, disco en een vleugje UK Garage neemt ze je mee op een multiculturele trip.
Eva wil voor dit interview liever niet te vroeg afspreken omdat ze de avond afsluit in Tivoli. Niet de avond vóór het gesprek, maar die erna. “Ik ben eigenlijk helemaal niet geschikt voor het nachtleven, ik heb een 11-tot-8-ritme. Helemaal als ik in het buitenland optreed is dat soms zwaar.”
Draai je dan het liefst overdag op een festival?
“Ik hou van de warmte van een festival, van de sfeer, helemaal tijdens zonsondergang is het mooi. Het geluid in een club is wel veel beter, dat is er echt voor gebouwd.”
Wie is eigenlijk jouw grote inspirator?
“Danilo Plessow, van Motor City Drum Ensemble. Hij heeft me laten zien dat je prima zes genres in één uur kunt draaien. En dat het publiek daar dan in mee gaat. Zelf zat ik voordat ik hem hoorde draaien veel meer in de puur elektronische hoek, maar toen ik hem hoorde dacht ik: wauw, dit is het, waar heb ik al die tijd naar geluisterd? Er bleek zo veel meer te zijn.”
Hoe bouw jij je set op?
“Ik ga eigenlijk nooit onvoorbereid op pad. In het begin was ik daar nog extremer in, toen wilde ik mijn set van A tot Z hebben uitgestippeld. Omdat ik zoveel verschillende genres draai, bleven mijn sets door de goede voorbereiding één geheel. Gaandeweg heb ik geleerd om veel meer het gesprek aan te gaan met het publiek, om meer te reageren op hun energie in plaats van alleen maar te zenden. Ik heb ook veel meer zelfvertrouwen gekregen, en door het uitbreiden van mijn platencollectie durf ik meer te vertrouwen op wat er in de zaal gebeurt.”
Je draait vooral met vinyl hè?
“Ongeveer driekwart van mijn set komt van vinyl ja, maar ik heb wel altijd een USB-stick als back-up mee, voor als de platenspelers niet goed zijn afgesteld. Ik houd heel erg van het gevoel van een plaat op de draaitafel leggen. Het gaat meer over voelen met al je zintuigen dan naar een schermpje kijken.”
Veel dj’s zijn ooit gestopt met platen om maar niet met zo’n tas te hoeven zeulen.
“Dat is juist onderdeel van de romantiek. Het is wel eens gebeurd dat ik door die platentas geen handbagage meer mee kon nemen op een vlucht naar een buitenlands optreden. Had ik dus alleen maar een tandenborstel en een schone onderbroek mee. Toen bleken de draaitafels heel erg te storen en heb ik alsnog met een stick gedraaid.”
Je hebt een uitgesproken muzieksmaak, hoe kom je aan je platen?
“Het meeste zoek ik online via discogs.com. Ik zoek altijd naar muziek uit India of Afrika en denk na over hoe ik die muziek, die nog bijna niemand heeft gehoord, in mijn sets kan mengen. Op die manier probeer ik mensen iets nieuws mee te geven.”
Ga je wel eens naar platenzaken in het buitenland, als je daar optreedt?
“Dat probeer ik wel altijd te doen. Ook op vakantie. Dan gaat mijn vriend naar een skatepark, of hij zit een boek te lezen in een hoekje in de winkel terwijl ik daar rondkijk.”
In welke niet meer bestaande club had je graag willen draaien?
“In The Block in Tel Aviv. Het geluid moet daar zó fantastisch geweest zijn. Ik draaide in Club Kaiku in Helsinki waar het geluid zo vet was, dat ik ging onderzoeken welke clubs nog meer zo’n goed geluid hadden. The Block schijnt het beste systeem gehad te hebben. Ik zou trouwens ook gewoon graag in Trouw in Amsterdam gedraaid willen hebben.”
Welk kunstwerk ben jij?
“Ik zou elk kunstwerk in een bos willen zijn. In de natuur kom ik tot rust. Daarom vind ik Into The Great Wide Open ook zo fijn. Ik kan iedereen aanraden om ook een rondje op het eiland te wandelen of fietsen.
En als je een track zou zijn?
“Dan zou ik ‘Disco Reggae (Tony’s Groove)’ zijn, van Kaylan. Een mix van verschillende genres, gemaakt om te dansen én om naar te luisteren.”
Wat betekent een eiland voor jou?
“Het voelt een beetje als een onbereikbare plek. Iets waar je de tijd voor neemt, iets speciaals. Als je op de boot stapt, staat die helemaal symbool voor Vlieland. Ik neem ook het liefst de langzame boot. Als ik de tijd heb doe ik namelijk graag alles traag in mijn leven. Ik vind dingen met aandacht doen heel erg belangrijk en dat lukt beter als je het niet snel doet. Het liefst wil ik ook met een postduif werken, en niet met WhatsApp.”